Woord van de maand juni 2018: pröll

Geplaatst op woensdag 6 juni 2018 om 12:20

Op 3 juni vond de eerste Duits-Nederlandse Praot Plat Stamtaofel / Proot Platt Stammtisch plaats. De dialectgroepen uit Emmerik en Bergh vertoonden op een zonnige zondagmorgen bij Schlösschen Borghees gezamelijk wat in Emmerik al 50 jaar elke maand goed gebruik is: Samen het café in en ‘Döntjes’ in ’t dialect vertellen en liedjes uit de eigen bundel zingen.

Naar aanleiding daarvan deze maand een Emmerikse woord-tip:
Tijdens een van de bijeenkomsten dit jaar gingen briefjes rond met Emmerikse spreuken. Op één daarvan kwam het mij onbekende woord ‘Pröll’, prul dus, voor.
De “prul verstoeke“? Wat zou dat zijn?

Het nieuwe Emmerikse woordenboek geeft uitsluitsel. Daar staat voor ‘Pröll’ de vertaling ‘Magen’ en ‘Prölle’ betekent ‘ingewanden/ darmen’. Het eveneens vorig jaar verschenen Reeser Platt-woordenboek geeft de vertaling van de uitdrukking “Ek glöv, ek hämm min de Pröll verstuckt”, betekent “Ich glaube, ich habe mir den Magen verdorben”. De woordenboeken uit Bergh, Wehl en Zevenaar geven hetzelfde beeld: “Hi-j het pien in de prul”. Een prullewöske, aldus Henk Harmsen in zijn ’n Trop Barghse Weurd, is een klein lever- of bloedworstje, dat na de slacht aan vrienden en bekenden wordt gegeven, ”um te pru:ve”.
We kennen het woord ‘prul’ uit de standaardtaal als een nietswaardig voorwerp.
Prullaria zijn dingen van geen of weinig waarde, een vod die de prullenbak in kan. Prulwerk is knoeiwerk. “Gooi den prulderi-j toch weg,” noteert Henk Harmsen in het Berghse woordenboek.

Voor wat de woordvorm betreft zou prul te vergelijken zijn met prut en prutsen die dezelfde beginklank en ook een negatieve betekenis hebben. Voor de -l is misschien te denken aan volksetymologische invloed van woorden als kul, lul, sul e.d. Als prul werd in de 16e eeuw echter ook een klein kind aangeduid. Prulleke is in die betekenis zelfs een goedaardige aanduiding, net als poppeke.
De Middelnederlandse betekenis van prul is ‘penis’.

Achter al deze betekenissen zit mogelijk de notie rond, vol, gezwollen. Het Duitse woord ‘prall’ drukt het nog steeds uit. “Ein praller Bauch” is een strak gespannen, uitpuilende buik. Als je “in der prallen Sonne sitzt”, dan zit je in de volle zon! Het Duitse woord ‘prall’
Zo laat ons dialect weer een stukje grensoverschrijdende (taal-)geschiedenis zien!

>>> Dialectpagina 'Woord van de Maond'

Tekst: Antoon Berentsen

Deel deze pagina